
Rustig ademhalen
Het gaat niet goed met Arabella. Het leven voelt zwaar, ze staat altijd onder stress en nu gaat het ook nog eens mis met haar gezondheid. Maar dan komt er een personal trainer langs die irritant, charmant en waanzinnig knap is, en op de een of andere manier krijgt hij haar weer aan het lachen. Met haar beste vriendin die haar aanmoedigt en een paar onverwachte vonken die overslaan, begint Arabella zich weer te herinneren hoe het voelt om te leven. Maar als haar toestand een drastische wending neemt, moet ze keuzes maken die niemand wil maken. Terwijl ze angst en passie, vreugde en verdriet trotseert, moet Arabella ontdekken wat echt belangrijk is – en of ze bereid is ervoor te vechten. Soms lost de liefde niet alles op... maar misschien maakt het dat wel de moeite waard.
Hoofdstuk 1
ARABELLA
Ik kijk naar de testresultaten en lees ze voor de derde keer - alsof nog een keer kijken de cijfers minder beangstigend zou maken.
'Ik heb nog steeds niet genoeg zuurstof in mijn bloed,' mompel ik.
Danika leunt over mijn bank en gluurt over mijn schouder mee. 'Weer een hoog aantal rode bloedcellen. Dat is niet best.'
Zij kan het weten - ze is verpleegkundige op de intensive care en ze steekt haar neus overal in.
'Ja,' zeg ik, terwijl ik over mijn hoofd wrijf. 'En de rest? Schildklier is oké, bloeddruk normaal, röntgenfoto van de borst is schoon, maar ik kan nog steeds de helft van de tijd amper ademhalen. Ik voel me stokoud als ik trappen op loop.'
Danika ploft naast me neer. 'Dus, wat ga je doen? Ga je terug naar de dokter?'
'Ja. Ik heb vanochtend een afspraak om de resultaten te bespreken. Niet dat het iets zal uithalen. Hij zal waarschijnlijk weer zeggen dat ik moet afvallen.'
Danika rolt met haar ogen. 'Je zou hem moeten zeggen dat hij zelf wel wat kilo's kwijt kan raken.'
Ik grinnik. De laatste keer dat Danika met me meeging naar de dokter, had hij gevraagd of ik had gesport. Zij had aan hem gevraagd waar hij naar de sportschool ging.
'Geef me geen ideeën. Ik zou het deze keer echt kunnen doen.'
'Je moet naar een andere arts gaan.'
Ik zwaai met mijn armen en zeg: 'Je bedoelt nóg een? Dit is al de vierde dokter die ik heb bezocht. Al mijn bloedtesten zijn afwijkend, maar ze kunnen niet uitvogelen waarom. Ik geef het op.'
'Heb je hem verteld dat je best gezond eet?'
'Wat heeft dat voor zin? Ze zouden me toch niet geloven. Pasta is bovendien mijn zwakte. Niet echt gezond, Danika.'
'Nou, we hebben allemaal dingen waar we te veel van houden. Bij mij is het chocoladetaart.'
Ik haal mijn schouders op. 'Maar jij bent nog steeds slank. Ik ben curvy. Dat ben ik altijd al geweest, maar dit ademhalingsprobleem is nieuw. Ik heb nooit moeite gehad met lopen of sporten. Ik voel me als een oude dame die een zuurstoftank achter zich aan moet slepen.'
'Als je rode bloedcellen hoog zijn... Ben je uitgedroogd?'
'Waarschijnlijk. Ik heb de laatste tijd niet veel kunnen eten of drinken. Het maakt me soms misselijk. Ik heb bovendien niet veel trek meer. Als de artsen lang genoeg wachten, dan verhonger ik vanzelf. Dan kunnen ze in ieder geval niet meer klagen dat ik te dik ben.'
Ze staat op en loopt naar mijn keuken. 'Wil je wat drinken?'
'Serieus?'
'Je hebt meer vocht nodig, Ara.'
Ik kreun, maar neem de fles aan als ze die brengt. 'Je mag dan een verpleegster zijn, maar je bent niet de baas over me, Danika.'
'Drink op.'
'Verdorie.'
'Luister, Ara, waarom probeer je in plaats van elke dag rond de baan te lopen niet eens mijn sportschool? Ze hebben daar geweldige personal trainers. Ze werken met wat jij nodig hebt, niet met wat zij willen, en alles gaat op jouw tempo. Ze praten met je, maken een plan en beginnen vanaf daar.'
'O, nee. En dan staart iedereen naar het curvy meisje dat probeert af te vallen en die niet kan ademhalen? Nee, dank je. Bovendien, is die Jace Remington niet de eigenaar van die zaak?'
'Yep.'
'Ja, nee, bedankt.'
'Wat? De man is een lust voor het oog.'
'Dat zou ik niet weten. Maar ik weet wel dat de man uit een rijke familie komt, en in plaats van zijn universitaire diploma te gebruiken, hij een sportschool heeft geopend. Ik snap er niks van.'
'Kom op. Je zult hem zelden zien. Hij komt er maar af en toe. Ik heb bovendien nog nooit gehoord dat hij met iemand die naar zijn sportschool gaat flirt of ermee uitgaat. Het is slecht voor de zaken, weet je?'
'Als hij er zo goed uitziet, dan wed ik dat het de meisjes er nog steeds niet van weerhoudt om te komen en naar hem te staren.'
Ze lacht. 'Dat klopt. Maar hij heeft voornamelijk mannelijke werknemers; de vrouwen zijn zijn nichten. Hij is erg beleefd als hij er is. Al die vrouwen kunnen alleen maar naar hem kijken, want er zal niets gebeuren.'
Ik schud mijn hoofd.
'Kom op, Ara, alsjeblieft. Probeer het gewoon. Ik zal met je meegaan.'
'Goed. Als je er dan maar over ophoudt.'
'Weet je, ik vraag me af wie de vrouw is met wie hij ooit zal trouwen. Ik bedoel, kom op... hij wordt ouder. Ik heb een van de jongens laatst horen zeggen dat hij tweeënveertig was.'
Ik kijk naar mijn beste vriendin alsof ze gek is.
Ik wijs van haar naar mij en zeg: 'Danika! Wij worden ook ouder! Ben je dat vergeten?'
'Mijn geest denkt nog steeds dat ik in de twintig ben, dank je wel.'
'Geloof me, je bent veertig.'
'Luister, als deze dokter weer over gewicht begint, zeg hem dan de waarheid,' zegt ze glimlachend. 'Met woorden. Niet fysiek. Waarschijnlijk.'
Ik lach een beetje. 'Ik beloof niets.'
De lift naar de derde verdieping van de kliniek is kort, maar ik ben tegen de tijd dat de verpleegster mijn naam roept al geïrriteerd.
'Mevrouw Dawson. Kamer drie.'
Ik volg haar naar achteren, ga op de luidruchtige, met papier bedekte onderzoekstafel zitten en probeer niet te schreeuwen, terwijl ik wacht.
Soms voelt het alsof ik mijn tijd verspil door naar de dokter te gaan. Het is altijd hetzelfde: 'Nou, afvallen zou behoorlijk helpen.'
Nutteloos.
Tien minuten later komt dokter Calloway binnen, met een tablet in de hand en met een blik die me al boos maakt.
Hij ziet eruit alsof hij te veel fastfood heeft gegeten. Zijn buik hangt over zijn riem en hij ademt moeizaam - hij ziet er als ik naar hem kijk net zo ongemakkelijk uit als dat ik me voel.
Ik heb te veel geld aan dokters uitgegeven – ik heb waarschijnlijk voor een deel van hun huizen of dure reizen betaald - alleen maar om te horen dat ik te zwaar ben.
Ze hoeven me niet steeds te vertellen dat ik moet afvallen - ik zie het al elke keer als ik in de spiegel kijk.
Voor sommige mensen is het moeilijker dan het klinkt.
'Goedemorgen, Arabella. Ik hoop dat je goed voor jezelf hebt gezorgd,' zegt dokter Callahan.
'Goedemorgen, dokter.'
Ik zit met mijn handen in mijn schoot gevouwen, en bereid me al voor.
'Dus, ik heb naar je testresultaten gekeken, en ik denk dat we het weer moeten hebben over het verlagen van je gewicht.'
'Wat?'
Plotseling voelt mijn maag gespannen aan en beginnen mijn oren te suizen. Hij kijkt door zijn papieren alsof het een menu is - alsof hij niet net hetzelfde heeft gezegd wat ik elke keer hoor.
'Over het algemeen zouden deze cijfers er goed uitzien als je een normaal gewicht had. Ik kan je naar een van de beste voedingsdeskundigen die we hebben doorverwijzen.'
'Stop,' zeg ik, mijn stem is nu scherper.
'Voor nu is minder eten belangrijk-'
'Stop!'
Ik voel mijn gezicht warm worden.
'-en ook dagelijks bewegen.'
Hij blijft praten, alsof ik er niet eens ben. Alsof wat ik zeg er niet toe doet.
'Ik zei stop! Of zou 'hou je mond' beter zijn? Er is niets mis met hoe ik beweeg. Ik sport elke dag. Ik eet behoorlijk gezond.'
Hij stopt eindelijk - maar alleen om opnieuw te beginnen.
'Het zou iets kunnen zijn wat je zelf moet doen. Je weet wel, geen bier en fastfood meer.'
Dat is de druppel.
Ik sta snel op, de stoel maakt een piepend geluid achter me, en ik loop naar de deur. Mijn hand trilt als ik de klink vastpak. Ik trek hem open, maar voordat ik naar buiten loop, draai ik me om, mijn hart klopt snel.
'Niet alles draait om gewicht. Het enige wat dit me vertelt, is dat u niet meer weet dan de vorige keer dat ik hier was!'
Ik loop snel door de wachtkamer. Ik duw de deur met mijn schouder open en stap hijgend de lentelucht in alsof ik onder water heb gezeten.
Ik ben bijna bij de parkeerplaats als mijn voet de stoeprand raakt. Mijn enkel draait en ik val voorover - recht tegen iets stevigs en gespierd aan.
Sterke armen vangen me op voordat ik op mijn gezicht val.











































