
Door harten verbonden boek 1: Red Odette
Odette is klaar met voorzichtig zijn. Nadat ze uit een giftige relatie is ontsnapt, is ze op zoek naar een nieuwe start – en de laatste persoon op wie ze denkt te kunnen vertrouwen is de beste vriend van haar broer. Reece is altijd verboden terrein geweest, maar nu gedraagt hij zich als haar persoonlijke held. Met vijf beschermende broers die haar elke stap volgen en haar hart dat nog steeds aan het genezen is, zou verliefd worden op Reece het slechtste idee ooit zijn. Maar sommige regels zijn er om gebroken te worden... en sommige vonken zijn te sterk om te negeren. Hij is bereid alles op het spel te zetten voor een tweede kans. Zal Odette dapper genoeg zijn om die kans te grijpen?
Hoofdstuk 1
Red Odette
ODETTE
Ik had twee dagen gereden om mijn broers te zien. Nu ik er eindelijk was, voelde ik me zenuwachtig.
Ik wist niet goed hoe ze zouden reageren, zodra ik zou vertellen dat ik voorgoed terugkwam. Ze zouden niet vervelend doen, maar wel medelijden met me hebben. En dat was wat ik absoluut niet wilde.
Opgroeien met vijf oudere broers leert je sterk te zijn en je gevoelens te verbergen. Uiteraard zouden we blij zijn om elkaar weer te zien, maar meestal lieten we onze gevoelens niet de overhand krijgen.
Mijn broer Wren verraste me. 'Ben je van plan de hele dag in de auto te blijven zitten?'
'Sorry, ik was even in gedachten verzonken. Ik moet even bijkomen,' zei ik, met een geforceerde glimlach.
'Heb je hulp nodig met je tassen?'
'Nee, hoeft nu niet. Ik haal ze later wel. Bedankt dat ik bij je mag logeren, Wren.'
'Geen probleem. Ik vind het fijn om je weer hier te hebben.'
Van ons zessen was Wren de een-na-jongste. Sterling, Beau, Winston, Theodore, Wren, en ik als hekkensluiter. Mijn ouders hielden van ouderwetse namen. Hun idee was dat het ons zou helpen verantwoordelijke en hardwerkende volwassenen te worden.
'Ik dacht dat je misschien liever in een hotel wilde verblijven vanwege Tyler. Komt hij later?' vroeg Wren.
'We zijn uit elkaar.'
'Wat jammer. Ik mocht hem wel.' Die opmerking deed pijn. Tyler had een talent om zich als de ideale partner voor te doen, en de meesten twijfelden aan mijn verhaal als ik vertelde hoe hij me behandelde.
Hij was de reden dat ik met lood in mijn schoenen terugkwam. Mijn broers hadden geen idee hoe controlerend en manipulatief hij werkelijk was. Zodra ik hoorde dat ze hier iemand nodig hadden op de vestiging vroeg ik meteen overplaatsing aan en gebruikte het om bij hem weg te gaan.
'Ik heb straks een aantal vrienden over, je kunt erbij komen zitten, of je eigen ding doen,' zei Wren.
'Ik doe liever mijn eigen ding, slapen.' Ik wilde een beetje uitgerust zijn voordat ik me weer onder de mensen kon begeven.
'Er is een zwembad achter het gebouw. Je loopt er vanuit elk appartement zo naartoe.'
'Klinkt goed,' zei ik, terwijl ik mijn best deed om enthousiast te klinken.
'Weet je zeker dat alles oké is, Etta? Je bent niet helemaal jezelf,' merkte Wren bezorgd op.
'Ik ben oké, ik moet gewoon slapen. Die lange rit zit nog in mijn benen.' Ik was de laatste tijd steeds moe, alsof ik geen energie had. Het had vast te maken met de spanning van het verlaten van Tyler én het gepieker over hoe ik het mijn broers moest uitleggen. Soms had ik zelfs moeite met eten.
'Oké, ik laat je je kamer zien.'
Wren had een mooi appartement. Hij woonde op de begane grond, met een grote open keuken die overliep in de woonkamer. De logeerkamer was ruim en had een heerlijk groot bed.
Die moeheid was echt geen excuus. Zodra ik ging liggen, viel ik als een blok in slaap.
Een paar uur later werd ik wakker van gelach, waarschijnlijk van Wrens vrienden.
Terwijl ik me uitrekte, merkte ik dat ik honger had, daarom wilde ik kijken of er iets te eten was.
'Sorry, als we je wakker hebben gemaakt,' zei Wren. 'Ik heb pizza voor je bewaard. Het staat in de keuken.'
'Bedankt, ik rammel van de honger.'
Ik liep naar de keuken en pakte een pizzapunt.
'Je moet Sterling bellen, hij zei dat hij met je over de bruiloft wilde praten,' zei Wren. Hij had de laatste tijd geprobeerd de communicatie tussen mij en Sterling soepeler te laten verlopen. Sterlings verloofde Julie mag mij niet en de gesprekken eindigen meestal in een woordenwisseling tussen Sterling en mij.
'Ik zie hem morgen dus hij kan wel even wachten,' antwoordde ik geïrriteerd.
'Jongens, dit is mijn zus Odette, maar iedereen noemt haar Etta. Etta, dit zijn James, Marcus en Will.' Ik vermoedde dat Wren expres ons aan elkaar voorstelde om van onderwerp te veranderen.
'Aangenaam kennis te maken,' zei ik beleefd.
'Etta, herinner je je Reece nog?' vroeg Wren.
Ik knikte met een mond vol met pizza.
'Leuk je weer te zien, Odette.' Reece's stem was warm, en zijn kleine glimlach gaf me een opgewonden gevoel.
'Insgelijks,' mompelde ik terwijl ik een stuk pizza probeerde door te slikken.
Reece kwam de keuken in, pakte een pizzapunt, en ging naast me staan.
'Dus, je bent terug voor Sterlings bruiloft?'
'Klopt. Die zou ik voor geen goud willen missen.'
'Dit meen je niet serieus, toch?' vroeg hij met een grijns.
'Een beetje wel, een beetje niet. Ik wil het niet missen, maar ik kan Julie echt niet uitstaan.'
'Ik denk dat niemand haar mag, maar Sterling lijkt gelukkig, en dat is wat telt, toch?' Zijn antwoord verraste me. Normaal bemoeide Reece zich nergens mee, tenzij iemand hem ervoor betaalde. Hij was tenslotte advocaat, daarom heb ik mijn mond gehouden' zei ik scherp.
'Heb je plannen nu je weer in de stad bent?'
'Nee. Vraag je dat omdat je met me wilt afspreken?' vroeg ik plagend.
Hij haalde zijn schouders op. 'Misschien wel.'
Ik had het idee dat Reece met me flirtte, maar dat deed hij vroeger ook al toen ik jonger was, dus nam ik het niet serieus.
'En, hoe zit het met jou? Woon je nog steeds hier, en ben je nog steeds advocaat?' vroeg ik, in een poging van onderwerp te veranderen.
'Ja. Niet iedereen vertrekt zomaar, zoals jij dat deed.' Ik hoopte dat hij me niet wilde kwetsen, maar het raakte me toch. Ik was inderdaad weggegaan. Ik koos er bewust voor om ver weg te studeren.
'Ik ben niet weggevlucht. Ik ging studeren en vond daarna een baan in een ander deel van het land,' beet ik hem toe.
'Oké. En hoe gaat het met je vriend?' vroeg Reece.
Ik wist dat die vraag nog vaak zou komen en ik vreesde dat ik er op den duur geïrriteerd van zou raken.
'We zijn uit elkaar,' antwoordde ik.
'Wat rot om te horen,' zei Reece, al klonk zijn stem allesbehalve meelevend.
'Ik ben er niet rouwig om. Het was geen gezonde relatie.'
'Wat bedoel je daarmee?' vroeg hij, terwijl hij dichterbij kwam staan, alsof hij echt wilde begrijpen wat er mis was geweest.
'Ik wil het er liever niet over hebben,' zei ik zacht. Weer had ik de drang om alles voor mezelf te houden. Niemand mocht weten hoe kwetsbaar ik echt was, dat ik mezelf niet kon beschermen.
Ik wist dat ik bij Tyler weg moest, maar ik kon het niet. Hij was overal en altijd, dreigend aanwezig, en de laatste keer dat ik probeerde weg te gaan, heeft hij me daadwerkelijk pijn gedaan.
Uiteindelijk vertelde ik mijn baas waarom ik wilde verhuizen, en hij hielp me om bij Tyler weg te komen. Hij was erbij toen ik Tyler vertelde dat ik wegging en bleef wachten tot ik mijn spullen had gepakt.
Ik zag de blik van medelijden in zijn ogen, en dat was precies wat ik van mijn broers niet wilde.
'Het was fijn om even met je te praten, maar ik ga naar m’n kamer,' zei ik snel.
'Zie je later.'
Ik knikte kort en liep terug naar de logeerkamer. Dit ging zwaarder worden dan ik me had voorgesteld.
REECE
'Wat ging er mis? Ik heb haar de stuipen op het lijf gejaagd. En dat is niets voor mij, zeker niet bij Odette Hart. Etta is geen type dat zich zomaar van haar stuk laat brengen. Ze heeft geleerd om haar mannetje te staan. Als enig meisje tussen vijf broers leer je dat vanzelf.'
Het viel me op dat ze terughoudend was om over haar vriend te praten. Misschien hield ze zich in, omdat ze dacht dat ik er grappen over zou maken?
Etta was altijd al een knappe verschijning, maar nu viel ze echt op. Ik was stiekem blij dat ze weer single was, want die vriend van haar zag ik niet zitten. Die vent gaf me altijd een onbehaaglijk gevoel. Er klopte iets niet aan hem.
'Gaat het wel goed met je zus?' vroeg ik aan Wren.
'Toen ze binnenkwam, vroeg ik of alles oké was. Ze zei dat ze moe was.'
'Hoe lang blijft ze in de stad?' Ik wist dat ik bleef doorvragen, maar ik wilde gewoon meer weten.
Wren haalde zijn schouders op. 'Ze gaat weer weg na de bruiloft, maar ik weet niet precies wanneer. Doe je nog mee of blijf je je hoofd breken over mijn zus?'
'Je weet toch dat ze geen klein meisje meer is?' zei Marcus. 'Je kunt de mannen niet meer bij haar weghouden.'
'Ik wil gewoon niet dat een van mijn vrienden iets met haar begint, dat leidt alleen maar tot ellende,' mopperde Wren, en richtte zijn aandacht weer op de tv. 'Laten we het over iets anders hebben dan Odette.'
Ik zag de spanning in Wrens houding zodra haar naam viel. Geen haar op m’n hoofd die eraan dacht om te zeggen dat ik eigenlijk een oogje op Odette heb.












































