
Wonen bij de CEO
Wanneer Lilly's kunstgalerie sluit tijdens de crisis, is ze dankbaar dat ze in het strandhuis van haar broer kan verblijven - totdat ze erachter komt dat ze de plek moet delen met Luther Whittington, de ongelooflijk knappe en beroemde beste vriend van haar broer. Luther verstopt zich voor de media, en wat begint als ergernis verandert al snel in onmiskenbare aantrekkingskracht. De situatie wordt nog intenser wanneer Lilly een contract aangeboden krijgt om Luther te "nepdaten", waardoor ze in een wervelwind van gemixte signalen, verborgen gevoelens en onblusbare vonken terechtkomen. Zal hun nepromance in iets echts veranderen, of zal de waarheid hun ondergang worden?
1: Hoofdstuk 1.
LILLY
Maar ik kon het niet laten. Ik keek. Het verlaten, troosteloze gebouw op de hoek staarde dreigend naar me terug.
Al sinds de middelbare school, toen ik ontdekt had dat ik dol was op aquarelleren, had ik ervan gedroomd een eigen kunstgalerie te openen, een plek om mijn werk en dat van andere lokale kunstenaars tentoon te stellen.
Dus drie jaar geleden, net nadat ik afgestudeerd was van de kunstschool, stak ik al mijn spaargeld in een borgsom voor een ruimte in het hartje van Wilmington en opende ik mijn deuren. En toen sloeg de crisis toe.
Opeens had niemand nog geld over voor kunst, laat staan voor het werk van een beginnend kunstenaar zonder reputatie.
Nog maar een week geleden had ik de deuren van mijn galerie voorgoed gesloten. Nu was ik blut, met een kunstdiploma op zak, maar geen werk in het vooruitzicht, op weg de stad uit om met hangende pootjes in een van de huurhuizen van mijn broer Chad te gaan wonen tot ik wist wat mijn plan was.
Ik pakte mijn telefoon uit de houder. “Hoi. Ik ben er bijna.”
Ik hoorde hem rondlopen aan de andere kant van de lijn. “Ik heb de sleutel onder de mat gelegd. Ik ga je niet kunnen verwelkomen. Spoedoverleg met een klant. Er ligt een lijstje met huisregels op het aanrecht—"
Ik rolde met mijn ogen bij die oude bijnaam. “Noem me niet zo. We zijn geen kinderen meer.”
“Wat het nog grappiger maakt, nu je nog steeds zo klein bent. Bel me als je iets nodig hebt. Ik moet ervandoor.”
Ik stopte mijn mobiel in mijn grote leren tas en concentreerde me op de weg. De geur van de zilte zeelucht werd sterker naarmate ik Beach Street naderde.
Ik was in geen jaren in Carolina Beach geweest, en voelde me een tikkeltje opgewonden toen ik de oprit van mijn tijdelijke onderkomen opdraaide, waarbij de wind met mijn gouden lokken speelde terwijl ik uit mijn auto stapte.
De pittoreske villa had een oprit van kasseien en een veranda die helemaal rondom het huis liep. De ramen besloegen het hele huis, waardoor er veel natuurlijke lichtinval was en je een prachtig uitzicht op de oceaan had.
Het felblauwe huis schreeuwde ‘vakantiewoning’, en in de hoek wiegde een schommelbank uitnodigend.
Ik pakte mijn tas en koffer en liep om het huis heen naar het privéstrand. De golven kabbelden tegen de kust, en lokten me er naartoe. Een glimlach verspreidde zich over mijn gezicht.
Binnen zette ik mijn tas goedkoop Chinees afhaaleten op het aanrecht en bracht mijn koffer naar de hoofdslaapkamer. Ik had ook een klein tasje met penselen en een leeg doek meegenomen.
Ik had mezelf beloofd een tijdje niet te schilderen, om mezelf de kans te geven mijn zelfvertrouwen weer wat op te bouwen. Maar ik wist dat ik er niet eeuwig mee kon stoppen. Schilderen gaf me rust; het bracht me de vrede waar ik zo naar snakte.
Ik was net klaar met lunchen toen ik het hoorde—het geluid van stromend water in de douche. Zou Chad dan toch zijn langsgekomen?
Maar nee... Chad zou toch zeker hallo hebben gezegd in plaats van meteen onder de douche te springen.
Een onbehaaglijk gevoel bekroop me. Ik griste een pan uit de dichtstbijzijnde la en sloop op mijn tenen naar de hoofdbadkamer, klaar om de indringer te lijf te gaan.
LUTHER
Ik nam de eerste alinea's van het artikel door.
Ik zuchtte geërgerd en keek op naar mijn zakenpartner, Henry Harrod. "Waarom blijven journalisten het over mij hebben? Scotty is degene die zijn nicht zwanger heeft gemaakt."
Henry haalde zijn schouders op. "Je bent jong. Aantrekkelijk. Een multimiljonair en CEO in een sector waar veel gelul bij komt kijken. Ze proberen je al eeuwen op die 'Meest Begeerde Vrijgezellen' lijsten te krijgen, en je hebt nooit toegegeven. Dit is hun wraak."
"Omdat het de pers niets aangaat met wie ik naar bed ga!" riep ik boos uit.
"Het ging hen ook niets aan met wie Scotty naar bed ging. Iemand in dit bedrijf heeft het hen iets aan doen gaan. Ik denk persoonlijk dat het beter is dat ze jouw naam door het slijk halen dan dat ze achter nog meer van onze klanten aangaan. Hé, als je echt een geheime seksslaaf hebt, is dit het ideale moment om met haar naar buiten te komen."
"Ik heb geen geheime seksslaaf," zei ik. Ik was niet eens op date geweest sinds mijn ex-vriendin, Savannah, en dat was toen ik begin twintig was.
"Misschien moet je dan maar doen alsof?" opperde hij. "Een sappig verhaal over Luther Whittington die een relatie heeft, zou de pers een week of twee bezighouden; het zou ons genoeg tijd kunnen geven om erachter te komen wie ons lek is en hem het zwijgen opleggen voordat we nog meer klanten verliezen."
Ik stak mijn handen in mijn broekzakken. "Eigenlijk denkt Benny, mijn advocaat, dat het beter is als ik me een tijdje koest houd. Geen alcohol. Geen wilde feestjes. En al zeker geen fictieve vriendin. Ik zal gewoon even verdwijnen uit de schijnwerpers tot het nieuws overwaait."
Henry klapte zijn laptop dicht, en een verdwaalde lok haar viel over zijn opgetrokken wenkbrauw. "En hoe ben je van plan dat te doen als er dag en nacht paparazzi voor je deur staan?"
"Ik ga de stad uit. Ik heb geregeld dat ik een paar weken bij een vriend kan logeren. Ik zal van daaruit werken en alleen naar kantoor komen als het echt niet anders kan."
Henry slaakte een diepe zucht en leunde achterover in zijn stoel. "Je zult mijn dringende e-mails beantwoorden?"
Ik wist dat er veel "dringende" e-mails zouden zijn. Henry was een ramp als het op technologie aankwam, op het komische af. Ooit had hij me zeventien e-mails op één dag gestuurd, alleen maar omdat hij problemen had om zijn printer aan de praat te krijgen.
Ik trommelde met mijn vingers op zijn bureau. "Ja. En vergeet niet, IT zit gewoon beneden, Henry."
Hij zuchtte. "Oké. Maar vergeet niet dat de pers meedogenloos is, tenzij je ze geeft wat ze willen. Denk er eens serieus over na om ze een leuke, respectabele vriendin te laten zien, en snel. Zo niet, wie weet wat ze de volgende keer over je gaan verzinnen?"
Terwijl ik de parkeergarage van het kantoor uitreed, zag ik camera's flitsen. Ik had geen idee wat de paparazzi dachten te bereiken met een foto van de getinte ruiten van mijn sedan, maar goed. Ik was zo opgelucht om het hele mediacircus een tijdje achter me te laten.
Ik belde Chad via Bluetooth en luisterde hoe het bleef overgaan. Uiteindelijk nam zijn irritante voicemail op.
"Bel me terug," zei ik. "Ik ben onderweg naar de villa. Ik ga ervan uit dat je de sleutel onder de mat hebt gelegd, want zo voorspelbaar ben je, maar ik bel je als ik er niet in kan."
Ik hing op, zette de radio harder en reed de stad uit.
Twintig minuten later rook ik de zilte zeelucht al. Ik kon me niet herinneren wanneer ik voor het laatst op het strand was geweest. Misschien zou dit goed voor me zijn. Ik wisselde van versnelling en volgde de smalle wegen naar de villa.
Er stond een oude auto op de oprit geparkeerd, en binnen brandden meerdere lichten. Chad moest een schoonmaker hebben ingehuurd om alles netjes te maken.
Ik zette de motor af, stapte uit, pakte mijn bagage en liep naar de voordeur. De deur was ontgrendeld aangezien de schoonmaakster nog binnen bezig was.
Omdat ik haar niet wilde storen, liep ik op mijn tenen door de gang en zag dat ze haar schoenen in de hal had achtergelaten.
Niet erg professioneel, maar wie was ik om er iets van te zeggen?
Ik gooide mijn tas op het bed, trok mijn shirt uit en liep de badkamer in. Het koele, witte marmer begroette me met de geur van dennenhout. Het enige wat ik wilde, was het vuil van de dag afspoelen, een pizza bestellen en me ontspannen op het balkon met uitzicht op de oceaan.
Alle e-mails van vandaag konden wachten.
Ik trok mijn broek uit en ving een blik op van mezelf in de badkamerspiegel.
Mijn donkere haar was over mijn voorhoofd gevallen. De sterke lijnen van mijn kaak trilden door de stress van de dag. Onder mijn ogen waren donkere kringen. Dit schandaal was vermoeiend, en dat was te zien aan mijn gezicht.
Leunend op de wastafel, staarde ik naar de man die ik was geworden, en wenste, voor heel even, dat ik echt kon verdwijnen. Ik vond het geweldig dat ik mijn eigen bedrijf had, ik hield van pr, maar ik was zo lang zo gefocust geweest op werk dat ik niets anders meer in mijn leven had.
Ik duwde me af van de wastafel, opende de glazen douchedeur, zette de kraan aan en stapte onder de douche.
Terwijl het glas besloeg, ontspanden mijn spieren. Ik pakte de shampoo, kneep wat in mijn handpalm en masseerde het mijn haar, genietend van het zeldzame moment waarop ik voor mezelf kon zorgen.
Toen hoorde ik de badkamerdeur opengaan.
Wat voor schoonmaakster zou er nu binnenkomen terwijl ik aan het douchen was? Ik wachtte een paar seconden, maar hoorde niets meer. Ging ze daar gewoon blijven staan? Dit was eng.
Ik spoelde snel de rest van de shampoo uit mijn haar en zette de kraan uit.
Het glas en de spiegel waren beslagen toen ik op de badkamermat stapte en naar een handdoek zocht.
"Pak aan!" riep een vrouwenstem.
Even later werd ik hard op mijn voorhoofd geslagen.
















































